
Broeken (geen jeans of chinos), shorts en onderbroeken
A: Taille, omtrek (cm)
Leg de broek plat neer. Meet de breedte van de taille. Vermenigvuldig met twee.
B: Binnenbeenlengte (cm)
Meet de binnenkant van de broek, van het kruis tot het einde van de broekspijp.
C: Dijbeenwijdte (cm)
Meet 3 cm onder de kruisnaad recht naar buiten tot de rand van de broekspijp. Vermenigvuldig met twee.
D: Pijpuiteinde, omtrek (cm)
Leg de broek plat neer. Meet de breedte onderaan bij het pijpuiteinde. Vermenigvuldig met twee. Algemene voetwijdte wordt beoordeeld op basis van maat 32/32 respectievelijk 48.